29-06-2016

De primaire dekkingsomschrijving

 

Het importeren van jonge gebruikte auto’s uit met name Duitsland is populair onder een deel van autominnend Nederland. In Duitsland is het aanbod van dergelijke auto’s immers groter en liggen de prijzen doorgaans lager. Aan te bevelen is wel om goed te controleren of de auto voorzien is van een alarmsysteem zoals dat door de cascoverzekeraar wordt voorgeschreven. Als dit achterwege wordt gelaten, kan dat bij diefstal van de auto verstrekkende gevolgen hebben voor de verzekerde eigenaar.

De Casus

X koopt een BMW in Duitsland. Na het invoeren daarvan in Nederland en het betalen van de resterende BPM zet hij de auto op Nederlands kenteken. X heeft voor de BMW via zijn assurantietussenpersoon een casco-compleetverzekering gesloten bij ASR. Op het polisblad en in de algemene voorwaarden staat vermeld dat alleen dekking wordt verleend als de auto is voorzien van een anti-diefstalsysteem dat gelijk staat aan een SCM/ TNO-goedgekeurd anti-diefstalsysteem klasse 3. De bepaling schrijft ook voor dat het moet worden ingeschakeld bij het verlaten van de auto.

X verkeert in de veronderstelling dat zijn BMW over een dergelijk alarmsysteem klasse 3 beschikt. Bij het invoeren van de BMW in Nederland staat op de standaarduitrusting van de auto vermeld dat de auto af-fabriek is voorzien van een alarmklasse 3. X beschikt niet over een certificaat waaruit dat ook daadwerkelijk blijkt. De BMW was evenmin aangemeld bij de Stichting Certificering Motorrijtuigbeveiliging.

Tijdens een verblijf in Frankrijk wordt de BMW gestolen vanaf een parkeerterrein van een hotel. De BMW wordt vele maan- den later uitgebrand teruggevonden in België. Uit onderzoek door een expertisebureau is gebleken dat geen sporen van braak aan de auto zijn aangetroffen. Vastgesteld is ook dat de BMW slechts voorzien was van een alarm klasse 1 (een startonderbreking). Volgens de expert had het echter voor het voorkomen van de diefstal niet uitgemaakt van welke beveiligingsklasse de BMW was voorzien.

X doet een beroep op de cascoverzekering. ASR geeft echter niet thuis. Volgens ASR heeft X de voorgeschreven verplichting van het alarmvereiste niet nageleefd. X vindt de afwijzing van ASR in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. X wijst op het rapport van de expert waarin staat dat er geen verband bestaat tussen het niet naleven van de alarmverplichting en de diefstal. Ook een alarm klasse 3 had de diefstal niet voorkomen. X vindt bovendien dat ASR duidelijker had moeten waarschuwen dat tweedehands import-auto’s uit Duitsland vaak niet voorzien zijn van een alarmklasse 3.

Vrije begrenzing

De rechtbank stelt ASR in het gelijk (ECLI:NL:RBMNE:2015:6488). Volgens de rechtbank zijn partijen het erover eens dat de omvang van de dekking op het polisblad is aangegeven. De alarmklasse-clausule op het polisblad vormt een onderdeel van die primaire omschrijving van de dekking. Het staat een verzekeraar vrij om de grenzen aan te geven waarbinnen hij bereid is dekking te verlenen. Zo’n primaire dekkingsbepaling kan niet terzijde worden geschoven door louter aan te voeren dat het beroep van de verzekeraar op die dekkingsbepaling in strijd zou zijn met de eisen van redelijk- heid en billijkheid. De rechtbank verwijst hierbij naar vaste jurisprudentie (Hoge Raad 9 juni 2006, ECLI:NL:HR:2006:AV9435). Dit betekent dat ASR geen dekking onder de polis hoeft te verlenen en X met de schade blijft zitten.

Ook het beroep van X op de waarschuwingsplicht van ASR faalt. Volgens de rechtbank staat op het polisblad duidelijk vermeld dat de verzekering alleen dekking bood indien de auto was voorzien van een alarmklasse 3. De rechtbank gaat dus niet mee in het betoog van X dat het alarmvereiste was verstopt in de kleine lettertjes.

Vastlegging

Welke lessen zijn er te trekken uit deze uitspraak? De ervaring leert dat er in de praktijk veel discussie kan ontstaan tussen de verzekerde wiens auto is gestolen en de verzekeraar die weigert dekking te verlenen omdat de auto niet beschikt over het vereiste alarmsysteem.

Een tussenpersoon kan zijn meerwaarde voor de klant duidelijk laten blijken door de klant te wijzen op de eisen die verzekeraars op het polisblad aantekenen. Druk de klant ook op het hart om te controleren of de auto daadwerkelijk over het voorgeschreven alarmtype beschikt én om dit tijdig te registreren. Het komt ook voor dat een klant die wordt geconfronteerd met een afwijzing door een verzekeraar, zich verwijtend wendt tot de tussenpersoon. De vaak geuite klacht is dan dat de tussenpersoon er wel even op had mogen wijzen dat het belang van een alarmsysteem kennelijk zo groot was. Het is daarom aan te bevelen om de communicatie met de klant schriftelijk te voeren. Op die manier zijn eventuele bewijsproblemen in de toekomst onder- vangen. Bijkomend voordeel voor de klant is dat een brief (of e-mail) van zijn tussenpersoon ook als geheugensteun kan dienen.

Primaire omschrijving en garantieclausule

Verzekeraars hebben de vrijheid om te bepalen met wie en onder welke voorwaarden zij een verzekeringsovereenkomst wensen aan te gaan. Die vrijheid komt onder meer tot uitdrukking in de primaire omschrijving van de dekking. Daarmee wordt de omvang van de dekking vastgesteld. Zo’n clausule is bijvoorbeeld te herkennen doordat deze bepaalt dat slechts verzekeringsdekking bestaat als aan bepaalde vereisten is voldaan. Dit begrip moet niet worden verward met een zogeheten garantieclausule. Zo’n clausule is te herkennen doordat daarin staat omschreven dat dekking komt te vervallen als niet aan bepaalde voorwaarden is voldaan.

Het onderscheid tussen beide clausules is groot. Indien bijvoorbeeld vast komt te staan dat de verzekerde zaak niet was voorzien van een alarminstallatie, dan geldt bij een primaire dekkingsomschrijving dat er nooit sprake is geweest van dekking. In het geval van een garantieclausule is er weliswaar sprake van een verzekerd evenement, maar komt dekking te vervallen omdat de voorgeschreven voorwaarden niet zijn nageleefd. Een verzekerde heeft dan wel de mogelijkheid om zich erop te be- roepen dat het niet naleven van de voorgeschreven voorwaarden de schade niet heeft veroorzaakt of heeft vergroot. Anders gezegd: niet- naleving van de voorwaarden kan in dat geval wel met een beroep op de redelijkheid en billijkheid worden gerepareerd.

 

Lees hier het artikel zoals het is verschenen in am:17 | november 2015

Onze expertises

  • toezichtwetgeving (waaronder vakbekwaamheid en beloning);
  • bedrijfsovername en portefeuilleoverdracht;
  • verzekeringsrecht en aansprakelijkheidsrecht;
  • arbeidsrecht;
  • samenwerking met aanbieders of tussen intermediairs onderling;
  • nieuwe distributiekanalen.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Naam
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Onze expertises

Wij stellen de bedrijfsvoering, de klant en het personeel van intermediairs centraal

Bedrijfsovername

  • Due Diligence Onderzoek (DDO)

  • Onderhandelen

  • Contracten opstellen

Geschillen

  • Dekkingsgeschillen

  • Aansprakelijkheidskwesties

  • Aandeelhoudersgeschillen

Financieel toezicht

  • Advies Wft / Bgfo

  • Vergunning

  • Beheerst beloningsbeleid

Contracten

  • Opstellen overeenkomsten

  • Beoordelen (polis) voorwaarden

  • Herschrijven voorwaarden op B1-niveau

  • Gespecialiseerd

    in de financiële branche

  • Advies en begeleiding

    bij aan- of verkoop van een assurantieportefeuille

  • Specifiek

    gericht op het intermediair

  • Klankbord en adviseur

    bij geschillen tussen diverse partijen

Polis Advocaten in

Wilt u meer weten of wilt u persoonlijk kennismaken?
Neemt u dan gerust contact met ons op.

  • Adres

    Laan van Nieuw Oost-Indië 133C
    2593 BM Den Haag