25-02-2021

Actieve transparantie komt eraan. Maar ten aanzien van de juiste zaken?

Er is al veel over gezegd. Toch kan ik het niet laten om nog iets met u te delen over de actieve provisietransparantie die naar verwachting dit jaar in het Bgfo verankerd zal worden. De regeling was mijns inziens al een oplossing voor een probleem dat niet bestaat. Maar de regeling dreigt ook nog eens zo te worden vormgegeven dat deze praktisch niet goed uitvoerbaar is en niet bijdraagt aan het beoogde doel. Ik leg uit waar dat in zit.

Wat was het doel van de regeling? De minister schreef daarover aan de Kamer: “De praktijk is volgens de AFM dat klanten er nauwelijks naar vragen en daarmee werkt passieve transparantie onvoldoende. Er is breed draagvlak voor actieve provisietransparantie bij schadeverzekeringen, vanuit de gedachte dat consumenten er belang bij hebben om te weten wat een adviseur voor hen kan doen en wat hij daarvoor aan provisie krijgt. Als de consument niet op de hoogte is van het feit dat hij betaalt voor dienstverlening (omdat dit onzichtbaar via de premie door de aanbieder als provisie wordt betaald aan de intermediair), bestaat bovendien de kans dat de consument niet vraagt om de dienstverlening waar hij recht op heeft.  Het doel is dus dat de klant vooraf weet wat de assurantietussenpersoon voor hem gaat doen en dat hij vervolgens ook aanspraak maakt op die diensten. Maar de regeling is niet goed vormgegeven om dat doel te bereiken.

Wettelijke regeling

In de eerste plaats valt op dat de regeling in de voorgestelde opzet een aantal misslagen bevat. Zo valt te lezen dat de verplichting van transparantie geldt voor schadeverzekeringen, met uitzondering van betalingsbeschermers, individuele arbeidsongeschiktheidsverzekeringen en overlijdensrisicoverzekeringen. Een overlijdensrisicoverzekering is echter uiteraard geen schadeverzekering, maar een levensverzekering. Dat is dan nog een relatief onschuldige misser. Ernstiger is dat er in de beoogde tekst staat dat de verplichting niet alleen geldt voor bemiddelaars, maar ook voor adviseurs. Dat is niet te plaatsen. In het spraakgebruik in de branche spreken we tegenwoordig liever over een adviseur dan over een assurantietussenpersoon. Want de moderne tussenpersoon staat als onafhankelijke adviseur naast zijn klant en is veel meer dan een “dozenschuiver” namens verzekeraars. Dus op zich lijkt het charmant dat die term wordt gebruikt. Maar we hebben het hier over een wettelijke regeling, waarbij het niet gaat om het spraakgebruik, maar om de wettelijke definitie van de term adviseur. Een adviseur in de zin van de Wft raadt alleen een verzekering aan en is niet (ook) als tussenpersoon betrokken bij het afsluiten daarvan. Terwijl de aanspraak op provisie alleen gekoppeld is aan het bemiddelen. Een adviseur die niet bemiddelt, ontvangt dus helemaal geen provisie. En kan de provisie dan ook niet transparant maken. Voldoende was geweest dat de verplichting tot transparantie alleen geldt voor de bemiddelaar. Daarmee ondervang je ook de situatie dat de assurantietussenpersoon zowel adviseert, als bemiddelt. De verplichting voor de adviseur is onnodig en onjuist.

Ongelukkig moment

Verder valt op dat het gekozen moment waarop de provisie transparant gemaakt moet worden, ongelukkig is. De minister heeft geschreven dat dit moet gebeuren in de precontractuele fase. Daarmee doelt hij op de fase voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst met de verzekeraar. En dus niet de fase voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst van opdracht met de assurantietussenpersoon. Dat past niet bij het doel dat beoogd is met de regeling, te weten dat de klant weet op welke dienstverlening hij recht heeft. Om dat doel te bereiken, moet je immers zorgen dat de dienstverlening (en in het verlengde daarvan, de beloning) besproken moeten worden voordat de klant besluit om in zee te gaan met de assurantietussenpersoon. Zo is de voorgenomen regeling nu echter niet opgesteld. Voor de bemiddelaar zal de verplichting gaan gelden uiterlijk voorafgaand aan de totstandkoming van de verzekering. Voor adviseurs is dat uiterlijk op het moment van het uitbrengen van het advies. Op dat moment is er al een heel inventarisatie- en adviestraject doorlopen. Dat gebeurt pas nadat de klant zijn vertrouwen in de assurantietussenpersoon heeft uitgesproken en met hem in zee is gegaan. De voorzitter van Adfiz, Roger van der Linden, wees al terecht op dat probleem in zijn nieuwjaarsboodschap.

Draai

Dan de praktische uitvoering. In de versie van de regeling die ter consultatie is voorgelegd, was opgenomen dat het gemiddelde bedrag of percentage van de provisie over bepaalde categorieën schadeverzekeringen transparant gemaakt zou moeten worden. In dat geval kan de assurantietussenpersoon ervoor kiezen om deze gemiddelde beloning in het eerste kennismakingsgesprek transparant te maken. Maar in zijn brief aan de Kamer van oktober 2020 schreef de minister dat hij naar aanleiding van de consultatiereacties zal verplichten om exacte bedragen transparant te maken. Ik begrijp de draai van de minister in zoverre wel, dat een gemiddelde beloning over bepaalde categorieën niet zo veel zegt en de klant dus geen inzicht verschaft. Maar het zorgt ervoor dat het gesprek over de beloning inderdaad niet gevoerd kan worden op het moment dat daarvoor geëigend is: het startgesprek met de klant. De nominale provisiebedragen weet de assurantietussenpersoon immers pas als hij voor deze geadviseerde verzekeringen offertes heeft opgevraagd, zodat de exacte premie bekend is.

Ik blijf van mening dat om het door de minister beoogde doel te bereiken, een route via provisietransparantie niet de meest voor de hand liggende optie is. De aandacht zou gericht moeten zijn op het transparant maken van de dienstverlening, niet de vergoeding daarvoor. Nu zorgt de regeling ervoor dat aan de klant moet worden verteld wat hij betaalt, maar niet wat hij daarvoor aan dienstverlening krijgt. Dat moet de klant kennelijk zelf vragen.

Meerwaarde met trots uitdragen

Het zou overigens niet nodig hoeven zijn om dat met wetgeving af te dwingen. De branche zou de meerwaarde van het adviesvak zelf met trots moeten uitdragen. Dat gebeurt nu niet altijd voldoende. Lastig is daarbij, dat de overeenkomst van opdracht met de klant bij schadeverzekeringen doorgaans nog altijd uitsluitend mondeling tot stand komt. Bij provisieverbod producten is een schriftelijke overeenkomst tegenwoordig wel standaard. In die gevallen krijgt een klant dus wel een exact overzicht van de dienstverlening waar hij recht op heeft. Dat is helder voor de klant en geeft hem gemoedsrust. Maar het is ook goed voor de assurantietussenpersoon. Want op die manier maakt hij inzichtelijk wat het eigenlijk allemaal doet voor de klant. Dus ook al het werk dat zich anders voor de klant achter de schermen afspeelt. Ook bij schadeverzekeringen mag veel beter voor het voetlicht gebracht worden wat er allemaal voor de klant gedaan wordt. Dat is goed voor de waardering van de assurantietussenpersoon. Daarom heb ik in eerdere artikelen al vaker bepleit: wees trots op je vak en draag actief uit hoe je de klant ondersteunt. En maak duidelijk dat de relevante vraag niet is: “wat kost dat?”, maar “wat levert dat op?”. Daarna is een gesprek over de omvang van de provisie slechts een bijzaak.

Lees hier het artikel zoals het is verschenen in VVP nr. 1 | februari 2021

Onze expertises

  • toezichtwetgeving (waaronder vakbekwaamheid en beloning);
  • bedrijfsovername en portefeuilleoverdracht;
  • verzekeringsrecht en aansprakelijkheidsrecht;
  • arbeidsrecht;
  • samenwerking met aanbieders of tussen intermediairs onderling;
  • nieuwe distributiekanalen.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Naam
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Onze expertises

Wij stellen de bedrijfsvoering, de klant en het personeel van intermediairs centraal

Bedrijfsovername

  • Due Diligence Onderzoek (DDO)

  • Onderhandelen

  • Contracten opstellen

Geschillen

  • Dekkingsgeschillen

  • Aansprakelijkheidskwesties

  • Aandeelhoudersgeschillen

Financieel toezicht

  • Advies Wft / Bgfo

  • Vergunning

  • Beheerst beloningsbeleid

Contracten

  • Opstellen overeenkomsten

  • Beoordelen (polis) voorwaarden

  • Herschrijven voorwaarden op B1-niveau

  • Gespecialiseerd

    in de financiële branche

  • Advies en begeleiding

    bij aan- of verkoop van een assurantieportefeuille

  • Specifiek

    gericht op het intermediair

  • Klankbord en adviseur

    bij geschillen tussen diverse partijen

Polis Advocaten in

Wilt u meer weten of wilt u persoonlijk kennismaken?
Neemt u dan gerust contact met ons op.

  • Adres

    Laan van Nieuw Oost-Indië 133C
    2593 BM Den Haag